1. Evalueer uw huidige verbruik:
De eerste stap is om je bewust te worden van hoeveel suiker je daadwerkelijk consumeert. Dit omvat niet alleen de suikers die worden toegevoegd aan dranken en bereide gerechten, maar ook de suikers die van nature voorkomen in fruit en zuivelproducten. De WHO raadt aan om vrije suikers te beperken tot minder dan 10% van je totale energie-inname, een maatregel gericht op het voorkomen van chronische ziekten en het handhaven van een gezond gewicht.
2. Identificeer uw individuele behoeften:
Uw suikerbehoeften kunnen variëren, afhankelijk van uw fysieke activiteitsniveau, metabolisme en algemene gezondheidsstatus. Actieve mensen kunnen bijvoorbeeld een iets hogere inname nodig hebben om de energie die ze tijdens het sporten verbruiken te compenseren. De beoordeling van uw suikerbehoeften kan worden gevalideerd door een bevoegde gezondheidsdeskundige.
3. Voedseletiketten ontcijferen :
Door een expert te worden in het lezen van etiketten, kun je suikers in ingrediëntenlijsten identificeren en beter geïnformeerde voedselkeuzes maken. Suikers zijn verborgen onder verschillende namen: sucrose, glucosestroop, glucosestroop, fructose, glucosestroop met een hoog fructosegehalte. Als u deze namen kent, kunt u uw verbruik beter beheersen.
4. Luister naar je lichaam :
Je lichaam geeft je aanwijzingen over je suikerbehoeften. Constant hunkeren naar voedsel, vermoeidheid na de maaltijd of gewichtsveranderingen kunnen wijzen op onvoldoende consumptie. Door naar deze signalen te leren luisteren, kun je je dieet daarop aanpassen. Om deze hunkering te stabiliseren, is het belangrijk om de totale glycemische inname van uw maaltijden in evenwicht te brengen door voedingsmiddelen te kiezen die een lage invloed hebben op de bloedsuikerspiegel, zoals volle granen, peulvruchten en groenten.